Zo stel je het ideale Tour de France-team samen
Je kent inmiddels alle 21 etappes uit je hoofd, en ook de startlijst van de Tour de France heeft geen geheimen meer voor je. Tijd dus om je team te gaan samenstellen. Dat gaat het makkelijkst als je vooraf bepaalt hoeveel renners je van elke categorie mee wilt nemen. Maar wat is nou de ideale verdeling?
Sprinters: kies slim, kies zuining
Met slechts vier echte massasprints is het geen Tour voor de sprinters. Veel van de kansen liggen in de eerste negen dagen, en Parijs is met de toevoeging van de Montmartre niet meer het sprintersfestijn dat het ooit was. Het heeft dus weinig zin om zwaar in te zetten op de snelle mannen en de kans is dit jaar net iets groter dat zij vroegtijdig afstappen.
We raden aan om één sterke sprintkopman te kiezen (denk aan Milan, Philipsen of Merlier), aangevuld met een paar goedkopere sprinters die zich in de strijd kunnen mengen voor plekken 5 t/m 12. Zie je renners die én meedoen voor het groen én ook in andere etappes punten kunnen pakken? Dan heb je pas echt goud in handen. Denk aan types als Wout van Aert en Mathieu van der Poel die in de eerste week de nodige punten kunnen verzamelen.
Een sprintteam van 5 à 6 renners is normaal aan de krappe kant, maar tijdens deze Tour kan je het erop wagen.
Klassementsmannen: de ruggengraat van je team
Met veel punchaankomsten en finishes bergop moeten de klassementsmannen deze Tour scherp zijn en vaak hoog kunnen eindigen. Daarom is het verstandig om ruim in je klassementsrenners te zitten. Je mag er per etappe maar negen opstellen, maar met 11 à 12 klassementsmannen (inclusief knechten van jouw kopman) zit je flexibel en scoor je tijdens de hele Tour stabiel.
Zo’n brede selectie heeft nóg een voordeel: je zit ruim in je renners voor de tijdrit. Veel klassementsrenners kunnen behoorlijk goed tegen de klok, wat je extra punten oplevert in etappe 5 (vlakke tijdrit) en etappe 13 (klimtijdrit). Alleen als je geen absolute specialist in huis hebt (zoals Evenepoel of in mindere mate Vingegaard), kun je overwegen één plekje vrij te maken voor een tijdritkanon als Filippo Ganna en die in etappe 5 op te stellen als mogelijke captain. Voor etappe 13 kan je beter de beste klassementsman van dat moment cappen.
Overige renners: aanvallers en puntenmagneten
Als je het team volgens bovenstaande richtlijnen hebt opgebouwd, houd je nog een paar plekjes over. Die kun je gebruiken voor aanvallers of multifunctionele renners. Wees je er wel van bewust dat pure aanvallers in de Tour vaak minder succesvol zijn dan in Giro of Vuelta. Etappezeges in de Tour zijn zó prestigieus dat de grote mannen meestal het feestje verstoren.
Toch kun je in het goedkopere segment nog interessante keuzes maken. Ga op zoek naar renners die via meerdere wegen punten kunnen scoren. Bijvoorbeeld via klassementen, teampunten en tijdritten.
Renners van Soudal Quick-Step zijn aantrekkelijk vanwege Remco Evenepoel (favoriet voor het jongerenklassement) en Tim Merlier (kanshebber op groen). Met Matteo Cattaneo of Maximilian Schachmann (beide 750K) haal je bovendien mannen binnen die in de tijdrit kunnen verrassen.
Bij Visma | Lease a Bike kun je ook ‘van twee walletjes eten’: Jonas Vingegaard is een serieuze kandidaat voor het geel, Wout van Aert kan meedoen voor het sprintklassement. Eduardo Affini (750K) en Sepp Kuss (1M) zijn goedkope opties die punten kunnen opleveren in verschillende etappes.
Heb je echter maar 500K over en wil je die hoe dan ook spenderen aan een aanvallende renner? Kijk dan naar renners als Ben Healy, Simone Velasco, Clément Champoussin, Tobias Halland Johannessen, Magnus Cort of Mauro Schmid. Sterke renners die niet vies zijn van aanvallend koersen. Maar let op, ze zijn pas echt waardevol als je exact weet wanneer je ze wel of niet op moet stellen.